Na de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014 kreeg Lisse een nieuw college bestaande uit Nieuw Lisse, SGP-ChristenUnie en D66. Cees Ruigrok (59) verruilde zijn functie van fractievoorzitter van de grootste partij in de raad, Nieuw Lisse, voor die van wethouder Economische Zaken. Wie is Cees Ruigrok en wat zijn zijn plannen? Een kennismakingsinterview.
Eerst maar even voorstellen: wie is Cees Ruigrok?
“Ik heb acht jaar in de gemeenteraad gezeten voor Nieuw Lisse, waarvan de laatste vier jaar als fractievoorzitter. Ik ben een geboren Lissenaar. Ik heb wel een periode in Noordwijkerhout gewoond, maar zodra de gelegenheid zich voordeed ben ik met gierende banden teruggereden naar Lisse, want Lisse is een uniek en hoog gewaardeerd dorp voor toeristen en inwoners, mede dankzij de Keukenhof en de bollenvelden. Vorig jaar werden we zelfs tot mooiste dorp van Zuid-Holland uitgeroepen. Tot april dit jaar was ik rayonmanager bij de Telegraaf Media Groep. Een van mijn projecten was het opzetten van één efficiënte bezorgorganisatie voor meerdere kranten. Daarvóór was ik ondernemer. Ik runde een supermarkt in Noordwijkerhout.”
Wat viel u op in de eerste maanden van uw wethouderschap?
“De gedrevenheid van de ambtenaren. Er heerst hier beslist geen negen-tot-vijf mentaliteit. En het wethouderschap is leuk en uitdagend.”
Welke belangrijke zaken liggen er op uw bord?
“Een van de zaken is het versterken van de economie in de Bollenstreek, samen met de andere Bollenstreekgemeenten inclusief Katwijk. Dat moeten we samen doen, dat is beter dan ieder apart. We moeten over grenzen heen kijken. Hoe dat er in de praktijk uitziet, onderzoeken we nog.
Samenwerken doen we overigens niet alleen met andere gemeenten, maar ook met organisaties als de Greenport Duin- en Bollenstreek (een organisatie waarin alle partijen uit de bloemenbollensector zijn verenigd, red.). Verder moeten we ook naar de rest van de economie kijken, want uiteindelijk zorgt de bollensector voor maar vijf procent van de werkgelegenheid. De sector is ook niet zo grootschalig als in bijvoorbeeld Noord-Holland. Slechts tien procent van het totale oppervlak aan bollen in ons land is hier te vinden, wat niet wegneemt dat de Bollenstreek nog steeds belangrijk is. De Bollenstreek mag geen museum worden.
Vandaar dat we samen met de Greenport kijken hoe we de verrommeling van het landschap kunnen tegengaan door middel van ruilverkaveling. Tegelijkertijd proberen we de Bollenstreek op een hoger plan te brengen met behulp van het Flower Science Center.”
Hoe gaat het verder met het Flower Science Center?
“Centraal staan de vier o’s: overheid, ondernemers, onderwijs en onderzoek. Die zaken brengen we in het Flower Science Center bij elkaar. Door deze partijen dichter bij elkaar te brengen, hopen we samenwerking en innovatie te stimuleren. Daarnaast zoeken we de samenwerking met het Bio Science Park in Leiden. Door middel van bijeenkomsten en kennisplatforms delen we kennis met elkaar en proberen we partijen met elkaar in contact te brengen. De gemeente Lisse treedt hierbij op als trekker en aanjager. Ruimtelijk hebben we het gebied aan de zuidkant van Lisse ter hoogte van PPO en CNB gereserveerd als mogelijke vestigingsplaats voor het Flower Science Center. Op dit moment focussen we vooral nog op het faciliteren van de ontmoeting en het delen van kennis, maar op termijn hopen we een fysieke plaats te hebben waar bedrijven en organisaties op bloembollengebied zich gevestigd hebben. Graag zouden we daar dan ook een onderwijsinstelling willen hebben, bijvoorbeeld een ROC.”
Welke plannen zijn er voor de verschillende bedrijventerreinen?
“Ik ben heel blij dat er een glasvezelnetwerk komt in Meer en Duin. Ook het parkmanagement is hier goed geregeld. Wat mij betreft komt er ook glasvezel op andere plaatsen in Lisse, maar dat moeten ook de ondernemers zelf willen. Hoe de toekomst van de bedrijventerreinen eruit ziet, is een zaak van de gemeenten in de Bollenstreek samen. Wellicht dat we de terreinen in de toekomst thematisch moeten inrichten, bijvoorbeeld bedrijventerreinen met vooral aan de bollen gerelateerde bedrijven en organisaties of terreinen waar innovatieve bedrijven zijn gevestigd.”
Welke opvallende zaken ziet u verder in Lisse?
“Op toeristisch gebied hebben we stappen gezet de afgelopen tijd, met de komst van een 100 kilometer lang wandelnetwerk en toeristische overstappunten. Ook heeft Lisse een sterk koopcentrum. Dat moeten we vasthouden en verbeteren. In samenwerking met Lisse Marketing wordt er veel gedaan om de sfeer in het dorp te verhogen in de vorm van verbeterde terrassen, verlichting en beplanting. Er is een nota sfeergebieden die we samen met ondernemers uitwerken.
We kijken ook naar het parkeerbeleid. Graag zie ik in Lisse matrixborden met een verwijzing naar vrije parkeerplaatsen, maar daar is op dit moment als gevolg van de bezuinigingen geen geld voor. Dat geldt ook voor het aantrekkelijker maken van het centrum. Dat lukt alleen samen met de middenstanders en de vastgoedeigenaren. Samen met de gemeente moeten we op één lijn zien te komen. Mooi voorbeeld is horecaplein ’t Vierkant dat momenteel wordt opgeknapt.”
Tot slot: wat staat er verder op stapel in Lisse?
“We willen graag de duurzaamheid verder stimuleren. Onder andere de CO2-uitstoot willen we verminderen. Hiervoor hebben we een programma bedacht met onder meer een duurzaamheidsprijs. In 2015 gaan we die prijs weer uitreiken. Ook de Keukenhof is druk bezig met duurzaamheid. Daar komt een milieu-educatiecentrum. De gemeente stimuleert en faciliteert.”
Ondernemersloket
Ondernemers in Lisse die vragen hebben, kunnen zich melden bij het ondernemersloket, bemand door de accountmanagers economie (Leonie Stortenbeker) en toerisme (Mirjam Piepenbrink). De accountmanagers zijn de wegwijzer binnen het gemeentehuis en zorgen dat de ondernemer snel door de juiste persoon wordt geholpen. De vragen variëren van hulp bij het aanvragen van een vergunning tot het organiseren van een evenement.
Website, Twitter en bijeenkomsten
Deze zomer heeft Lisse een nieuwe website gelanceerd. Via deze weg kunnen ondernemers nog makkelijker een vergunning digitaal aanvragen en/of een formulier downloaden. Daarnaast heeft het ondernemersloket sinds vorig jaar een Twitter-account dat informeert over onder andere de economische ontwikkelingen en initiatieven van het bedrijfsleven. Het Twitter-account is @LisserOLoket. Ook op andere manieren worden de contacten met ondernemers onderhouden. Enkele voorbeelden: netwerkcafés, bedrijfsbezoeken en thematische informatiebijeenkomsten, onder andere over aanbestedingen.
Deze post Cees Ruigrok, wethouder in Lisse: “De Bollenstreek mag geen museum worden” verscheen eerst op Rijnstreek Business.